Stichting Intermobiel

Leerlingenvervoer

Wat is leerlingenvervoer?
De meeste kinderen in Nederland reizen zelf van en naar school. Als ze klein zijn worden ze door hun ouders gebracht en gehaald. Later gaan ze vaak alleen; lopend, met de fiets of met de bus.

Kinderen met een handicap kunnen niet altijd zelf naar school, bijvoorbeeld omdat de school te ver weg ligt of omdat ze door hun handicap niet zelfstandig met het openbaar vervoer kunnen reizen. Zij kunnen gebruikmaken van de regeling leerlingenvervoer. Ook kinderen zonder handicap, die nog geen negen jaar zijn (dat is in sommige gemeenten de leeftijdsgrens) en ver moeten reizen naar school, kunnen gebruikmaken van de regeling. Het leerlingenvervoer van en naar het basisonderwijs, het speciaal onderwijs, de speciale scholen voor basisonderwijs, het voortgezet (speciaal) onderwijs en het bijzonder onderwijs is de verantwoordelijkheid van de gemeente. De gemeente heeft daarbij veel vrijheid, waardoor het in iedere gemeente anders georganiseerd kan zijn. Er bestaat wel een richtlijn van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten die veel gemeenten volgen. In grote lijnen zijn er drie mogelijkheden:

  • u krijgt een vergoeding voor het zelf halen en brengen van uw kind; 
  • u krijgt een openbaar vervoer-abonnement voor uw kind (en eventueel een begeleider); 
  • de gemeente zorgt voor vervoer met een bus of taxi (aangepast vervoer).

Als een leerling door zijn leeftijd of handicap niet zelfstandig met het openbaar vervoer kan reizen dan is de gemeente verplicht om aangepast vervoer te regelen, bijvoorbeeld met een taxi of busje.Welke mogelijkheden uw gemeente precies heeft, kunt u navragen bij de gemeente zelf of bij de MEE-organisatie in uw regio (voor adressen zie MEE).

Kom je in aanmerking voor leerlingenvervoer?
Kinderen (ook jonge kinderen zonder handicap) komen in aanmerking voor leerlingenvervoer wanneer de dichtstbijzijnde ’toegankelijke school’ minimaal 6 kilometer van hun huis ligt. Sommige gemeenten leggen die grens overigens wat lager. De afstand wordt gemeten langs de weg die voor uw kind het het kortst, voldoende begaanbaar en veilig is.

Wat is een ’toegankelijke school’?

  • Een school voor regulier onderwijs die past bij uw godsdienst of levensbeschouwing, of die u juist kiest omdat het een openbare school is. 
  • Een school voor speciaal onderwijs waarop uw kind vanwege zijn handicap is aangewezen én die past bij uw godsdienst of levensbeschouwing, of die u juist kiest omdat het een openbare school is.

Als er meerdere ’toegankelijke scholen’ in uw omgeving zijn dan geldt de afstand tot de dichtstbijzijnde, ook als u kiest voor de verder weg gelegen school. Het is dus mogelijk dat u geen leerlingenvervoer krijgt, terwijl uw kind meer dan 6 kilometer naar school reist, omdat er dichterbij ook een toegankelijke school is.

Kwaliteit van het leerlingenvervoer
Het leerlingenvervoer is per gemeente anders geregeld, en daardoor verschilt de kwaliteit van het vervoer ook per gemeente. U kunt te maken krijgen met problemen als de reisduur, te weinig begeleiding en onveiligheid van het leerlingenvervoer. 

  • De reistijden in het leerlingenvervoer zijn voor sommige kinderen erg lang; wanneer zij aan het einde van de middag thuiskomen zijn zij moe van de reis en is het misschien te laat om nog met kinderen uit de buurt te spelen. In de wet is niet vastgelegd hoe lang de reistijd van en naar school maximaal mag zijn. Er is wel één belangrijke richtlijn: duurt de reis met openbaar vervoer meer dan anderhalf uur terwijl het in aangepast vervoer minder dan de helft van die tijd kost, dan moet de gemeente aangepast vervoer vergoeden. 
     
  • Voor het aangepast vervoer sluiten gemeenten vaak een contract met een vervoerbedrijf. In dat contract zijn - als het goed is - ook afspraken gemaakt over de veiligheid in de busjes en taxi’s. Toch doen zich soms nog onveilige situaties voor: gordels worden niet altijd gebruikt en rolstoelen worden soms niet goed vastgemaakt. 
     
  • Kinderen worden in sommige gemeenten bij een opstapplaats opgehaald en naar school gebracht en na afloop weer bij school opgehaald en naar de opstapplaats gebracht. Ouders vinden het vaak geen veilig idee dat hun kind een tijd moet wachten bij zo’n opstapplaats. Het begeleiden van de kinderen is in principe de taak van de ouders. Sommige gemeenten geven hier een vergoeding voor.

De regels voor het leerlingenvervoer zijn zeer algemeen en de gemeente mag in veel gevallen haar eigen beleid bepalen. Dit maakt het moeilijk om aan te geven wat uw rechten zijn. U kunt de Verordening Leerlingenvervoer aanvragen bij uw gemeente. Daarin staat waar u aanspraak op kunt maken. Daarnaast kunt u contact opnemen met andere ouders om te zien of zij met dezelfde vragen of klachten zitten.

Voor meer informatie kunt u terecht bij:

  • de Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland of de Federatie van Ouderverenigingen. Zij hebben een brochure uitgegeven met aanbevelingen voor een veilig en goed leerlingenvervoer: Vlug en veilig naar school.
  •  www.leerlingenvervoer.net, de website van het project adviesraden leerlingenvervoer.

Kosten van leerlingenvervoer
De gemeente krijgt geld van de landelijke overheid om het leerlingenvervoer te organiseren. Zij is echter niet verplicht dit geld helemaal te besteden aan het leerlingenvervoer. In de ene gemeente zal het leerlingenvervoer daarom beter geregeld zijn dan in de andere.Gemeenten mogen een eigen bijdrage (het drempelbedrag) vragen aan ouders die boven een bepaald gezamenlijk inkomen uitkomen. Ouders van kinderen met een handicap hoeven geen eigen bijdrage te betalen.Actuele bedragen kunt u vinden op de website Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland en op www.leerlingenvervoer.net

Bron: www.meegeldersepoort.nl