Stichting Intermobiel

Interview Hanneke

’Een weg in studerend Nederland’

Hanneke Deenen (30) woont in een fokuswoning in Arnhem. In dit interview vertelt ze over haar opleiding aan de Radboud Universiteit in Nijmegen.

SMA Spierziekte
Hanneke heeft spinale musculaire atrofie (SMA) type II; een aangeboren, langzaam progressieve spierziekte. Als algemeen kenmerk hebben SMA’s een functieverlies van de motorische zenuwcellen in het ruggenmerg die uitlopers hebben naar de spieren. Hierdoor krijgen de spieren geen of weinig signalen door, met als gevolg verlamming en dunner worden van spieren. Hanneke kan niet lopen of staan, en maakt gebruik van een elektrische rolstoel. Haar armen en handen zijn “niet sterk.” Daardoor kan ze haar bovenarmen niet optillen en geen zelfstandige transfers maken. Haar onderarmen zijn redelijk functioneel en haar fijne motoriek is nog vrij goed. Ze kan daardoor wel goed schrijven en haar boeken hanteren, zij het met enige moeite. Ook eten en tandenpoetsen kan ze zelf, maar verder heeft ze overal hulp bij nodig.

HTS Bouwkunde
Ondanks haar beperkingen heeft Hanneke nooit speciaal onderwijs gevolgd. Na het VWO heeft ze Bouwkunde gestudeerd aan de HTS in Arnhem. Daarvoor had ze wel enige aanpassingen nodig. Zo gebruikte ze een PC om te tekenen, iets wat in die tijd niet zo normaal was als nu. De receptioniste hielp Hanneke bij het uit- en aantrekken van haar jas en het pakken van de boeken. Ook de medestudenten hielpen haar gelukkig goed. In vijf jaar tijd heeft Hanneke deze opleiding afgerond. Daarna is ze drie jaar werkzaam geweest als bouwtechnisch medewerker bij de gemeente Ede, maar na een tijdje kwamen de studiekriebels toch weer terug...

Biomedische Wetenschappen
Hanneke besloot de stoute schoenen aan te trekken en haar baan op te zeggen. Ze wilde namelijk altijd al geneeskunde studeren, maar vanwege haar lichamelijke beperkingen kon ze geen co-schappen lopen en de praktische vaardigheden uitvoeren. Een studie die deels overlapt met geneeskunde is de opleiding "biomedische wetenschappen (BMW)" aan de Radboud Universiteit Nijmegen (destijds KUN geheten). De studie BMW leidt op tot het doen van onderzoek in de biomedische wetenschappen. Het is gericht op het zoeken naar antwoorden op vragen uit de gezondheidszorg. Met een basis aan medische kennis en een stevige basis in onderzoeksmethodologie, kan uiteindelijk gekozen worden uit één of twee van de volgende afstudeerrichtingen;
 

  • Toxicologie
  • Pathobiologie
  • Epidemiologie
  • Bewegingswetenschappen
  • Evaluatie in de geneeskunde
  • Arbeid, milieu en gezondheid

In Hannekes geval: bewegingswetenschappen en epidemiologie. e opleiding sprak Hanneke erg aan, vanwege de gelijkenis met geneeskunde en de korte reisafstand van Arnhem naar Nijmegen. Ter voorbereiding ging ze naar een open dag van de universiteit. Ze sprak met studenten en een studiebegeleider om een idee te krijgen van de studiedruk. Een studiebegeleider vertelde haar dat er nog twee mensen met een beperking aan de universiteit studeren. Hij spoorde Hanneke aan om haar situatie in een brief te verwoorden en aan de studiecommissie te sturen. Al snel kreeg ze een positieve reactie.

Toegankelijkheid
De Radboud Universiteit staat goed aangeschreven als het gaat om toegankelijkheid en bereidheid ten opzichte van studenten met een beperking:

Het gebouw heeft overal elektrisch bedienbare deuren naar de gangen, en is dus toegankelijk voor mensen met een handicap.

  • Er is een aangepast toilet met stopcontact, voor het opladen van de tillift die mensen helpt om op het toilet te komen.
  • De grote collegezaal heeft een plateaulift.
  • In een aantal lokalen zijn er hoge of in hoogte verstelbare tafels.
  • Ook zijn er veel stopcontacten voor laptops.
  • Mensen met een handicap worden probleemloos toegelaten tot deze opleiding. Al is dit waarschijnlijk wel afhankelijk van het soort handicap.

Inzet, moeite en meedenken
Docenten, medestudenten, werkgroepbegeleiders, practicabegeleiders zijn allemaal erg welwillend. Ze denken met je mee, als jij je ook welwillend opstelt! De inzet en moeite die je toont, geven daarbij de doorslag Als je zelf meedenkt en actief mee zoekt naar een oplossing, is de bereidheid heel erg groot.

‘Waarschijnlijk is het anders als je niet op volle kracht mee kan lopen. Je zit dan niet steeds in dezelfde studiegroep. Je moet steeds weer mensen overtuigen dat je “normaal” bent en steeds weer nieuwe vrienden en helpende mensen vinden. Mogelijk ondervind je dan meer weerstand wanneer je vaker moet verzuimen en/of aangepaste lestijden nodig hebt.’ zo laat Hanneke weten.

Er is geen speciaal aanspreekpunt voor Hanneke, maar toch weet ze haar haar weg in de universiteit wel te vinden. Als de lift stuk is, is het handig als je de planners van de roosters kent. De onderwijsdirecteur gaat vooral over toegankelijkheid en aanpassingen. Studentendecanen kan je over allerlei dingen benaderen. Studieleiders zijn vooral belast met de planning en beoordeling van de masterfase van je studie. Het is dus van belang om de juiste mensen te kennen en die in te schakelen indien nodig.

Klankbordgroep:
Hanneke zit dicht op het vuur. Ze zit in een klankbordgroep van de universiteit. Met die klankbordgroep wordt gekeken waar de universiteit nog verbeterd kan worden voor studenten met een beperking.  Zo kan Hanneke nu bijvoorbeeld een half werkblad van plexiglas op haar rolstoel bevestigen. Ook de practicalessen volgt ze zoveel mogelijk.

Hulp van de thuiszorg heeft Hanneke bijna niet meer nodig, sinds ze beschikt over een PGB (Persoons Gebonden Budget). Hiermee kan ze naast een thuiszorg ook medestudenten inhuren om haar te helpen bij toiletbezoek, wat haar veel beter bevalt.

Stages
Inmiddels zit Hanneke in het laatste jaar van de vijf jaar durende studie en loopt ze stages. Doordat ze dit niet op volle kracht kan, loopt haar studieduur iets uit. Gedurende haar stages loopt Hanneke bovendien tegen lastige problemen aan. Tijdens haar eerste stage bleek het heel erg lastig om naar het toilet te kunnen. Met een douchestoel en tillift is het uiteindelijk goed gekomen. Bij haar tweede stage is er geen lift, waardoor Hanneke haar stage niet kan lopen op de afdeling waar ze dat eigenlijk wil. Nu heeft ze een kamer op de begane grond. De sociale contacten spelen zich echter veel af op de tweede etage, waardoor Hanneke wel het gevoel krijgt dat ze het een en ander mist. Gelukkig komt er wel af en toe iemand een praatje maken en helpen de begeleiders haar heel goed.

Studentenleven
Er worden regelmatig feesten gegeven vanuit de studievereniging. Hanneke heeft herhaaldelijk aangekaart dat de kroegen voor deze feesten ontoegankelijk zijn. Helaas wordt er met haar commentaar weinig gedaan. Maar waar een wil is, is een weg. Met net even wat meer inzet en energie, overtuigingskracht en organisatietalent kan Hanneke wellicht meer bereiken. Maar wellicht ontbreekt in dit geval de ‘wil’, omdat ze toch niet zo’n ’feestbeest’ is.

Haar medestudenten reageren over het algemeen erg goed. Ze zijn allemaal een stuk jonger. Het echte contact is wat lastig, omdat Hanneke niet in Nijmegen woont maar in Arnhem.

Mogelijkheden en onmogelijkheden
Achteraf heeft Hanneke misschien te snel aangenomen dat ze geen geneeskunde kon studeren. Met de kennis die ze nu heeft, denkt ze daar toch wat anders over. Ze weet nu meer over haar mogelijkheden en onmogelijkheden, en misschien behoorde geneeskunde wel helemaal niet tot de ’onmogelijkheden’. Aan de andere kant is het nu ook makkelijk praten. Ze heeft op haar dertigste een stuk levenservaring die ze destijds op haar 18e nog niet had.

Kortom; studeren met een handicap gaat prima als je het echt wilt en inzet toont. Waar een wil is, is zeker een weg in studerend Nederland!

Geschreven door Marianne Verschoof
m.m.v Hanneke Deenen en Silke van Deelen